De Green Deal is een ambitieus beleidsinitiatief van de Europese Unie (EU) dat in december 2019 werd gelanceerd. Het doel van de Green Deal is om de EU tegen 2050 klimaatneutraal te maken. Dit betekent dat de EU geen netto-uitstoot van broeikasgassen meer wil hebben, wat inhoudt dat alle overgebleven emissies worden gecompenseerd door bijvoorbeeld koolstofopslag of andere vormen van emissiereductie.
De Green Deal omvat een breed scala aan maatregelen die gericht zijn op duurzaamheid en milieubescherming, waaronder:
- Reductie van broeikasgassen: Tegen 2030 moet de uitstoot van broeikasgassen met 55% verminderd zijn ten opzichte van 1990-niveaus. Dit wordt nagestreefd door onder andere strengere regels voor de industrie, energie, transport en landbouw.
- Schone energie: Het bevorderen van hernieuwbare energiebronnen, zoals wind- en zonne-energie, en het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen.
- Circulaire economie: Bevorderen van hergebruik en recycling van producten en materialen om afval te verminderen en hulpbronnen efficiënter te benutten.
- Biodiversiteit: Herstel van de biodiversiteit door bescherming van ecosystemen, vermindering van chemische bestrijdingsmiddelen in de landbouw, en herstel van beschadigde natuurgebieden.
- Duurzame landbouw: De “van boer tot bord”-strategie heeft als doel duurzame landbouwmethoden te bevorderen, voedselverspilling tegen te gaan en het gebruik van chemische pesticiden en kunstmest te verminderen.
- Schone en slimme mobiliteit: Bevorderen van elektrisch en ander duurzaam transport, zoals spoorwegen en gedeelde mobiliteit, om vervuilende voertuigen en transportmiddelen te vervangen.
- Financiering en innovatie: De Green Deal omvat ook de oprichting van het Just Transition Mechanism, een fonds om regio’s en sectoren te ondersteunen die het meest worden getroffen door de overgang naar een groene economie. Innovatie wordt ook gestimuleerd om nieuwe technologieën te ontwikkelen die bijdragen aan duurzaamheid.
De Green Deal vereist samenwerking tussen overheden, bedrijven, de financiële sector en burgers, omdat deze transformatie grote investeringen en veranderingen in gedrag vereist. Het wordt gezien als een fundamentele verschuiving in de Europese economie, gericht op het combineren van economische groei met ecologische duurzaamheid.